Printer drukt niet af na het verwisselen van de poorten
Belangrijk: Sluit de parallelle kabel en de USB-kabel niet tegelijk op de printer
aan. Gebruik geen twee aansluitingen tegelijk.
•
Zorg dat de gebruikte kabel juist op de computer en de printer is
aangesloten.
•
Zorg dat de printer uitstaat als u de poorten verwisselt. Als de
printer niet uitstond, zet de printer dan uit en opnieuw aan.
•
Controleer of de poortinstellingen overeenstemmen met de
fysieke aansluiting: Klik op
Start, Instellingen, Printers
. Klik met
de rechtermuisknop op de printer en selecteer Eigenschappen.
Klik op de tab Details en controleer de poortinstelling.
•
Druk een testpagina af: klik op
Start, Instellingen, Printers
. Klik
met de rechtermuisknop op de printer en selecteer
Eigenschappen. Klik op de tab
Algemeen
en vervolgens op
Testpagina afdrukken
. Als de testpagina wordt afgedrukt, zorg
dan dat de juiste printer is geselecteerd in de toepassing van
waaruit u afdrukt.
26
26
26
26
Inktpatronen uitlijnen
De printer lijnt automatisch de inktpatronen uit wanneer u een patroon
vervangt. Als de afdruk eruitziet alsof de patronen niet zijn uitgelijnd,
kunt u ze handmatig uitlijnen.
1. Open de Toolbox door op het symbool op het bureaublad of op het
symbool in de groep Printer te dubbelklikken.
2. Kies de tab
Printerservice.
3. Selecteer